H7911 שָׁכַח
forgotten, at all, forget

Bijbelteksten

Job 8:13Alzo zijn de paden van allen, die God vergeten; en de verwachting des huichelaars zal vergaan.
Job 9:27Indien mijn zeggen is: Ik zal mijn klacht vergeten, en ik zal mijn gebaar laten varen, en mij verkwikken;
Job 11:16Want gij zult de moeite vergeten, [en harer] gedenken als der wateren, die voorbijgegaan zijn.
Job 19:14Mijn nabestaanden houden op, en mijn bekenden vergeten mij.
Job 24:20De baarmoeder vergeet hem, het gewormte is hem zoet, zijns wordt niet meer gedacht; en het onrecht wordt gebroken als een hout.
Job 28:4Breekt er een beek door, bij dengene, die daar woont, [de wateren] vergeten zijnde van den voet, worden van den mens uitgeput, [en] gaan weg.
Job 39:18En vergeet, dat de voet die drukken kan, en de dieren des velds die vertrappen kunnen?
Psalm 9:13Want Hij zoekt de bloedstortingen, Hij gedenkt derzelve; Hij vergeet het geroep der ellendigen niet.
Psalm 9:19Want de nooddruftige zal niet voor altoos vergeten worden, [noch] de verwachting der ellendigen in eeuwigheid verloren zijn.
Psalm 10:11Hij zegt in zijn hart: God heeft het vergeten, Hij heeft Zijn aangezicht verborgen, Hij ziet niet in eeuwigheid.
Psalm 10:12Sta op, HEERE God! hef Uw hand op, vergeet de ellendigen niet.
Psalm 13:2Hoe lang, HEERE, zult Gij mij steeds vergeten? Hoe lang zult Gij Uw aangezicht voor mij verbergen?
Psalm 31:13Ik ben uit het hart vergeten als een dode; ik ben geworden als een bedorven vat.
Psalm 42:10Ik zal zeggen tot God: Mijn Steenrots! waarom vergeet Gij mij? Waarom ga ik in het zwart, vanwege des vijands onderdrukking?
Psalm 44:18Dit alles is ons overkomen, nochtans hebben wij U niet vergeten, noch valselijk gehandeld tegen Uw verbond.
Psalm 44:21Zo wij den Naam onzes Gods hadden vergeten, en onze handen tot een vreemden God uitgebreid.
Psalm 44:25Waarom zoudt Gij Uw aangezicht verbergen, onze ellende en onze onderdrukking vergeten?
Psalm 45:11Hoor, o Dochter! en zie, en neig uw oor; en vergeet uw volk en uws vaders huis.
Psalm 50:22Verstaat dit toch, gij godvergetenden! opdat Ik niet verscheure en niemand redde.
Psalm 59:12Dood hen niet, opdat mijn volk [het] niet vergete; doe hen omzwerven door Uw macht, en werp hen neder, o Heere, ons Schild!

Mede mogelijk dankzij

Hadderech