H2778_ חָרַף
honer, versmaden, smaden, bejegenen (met smaad), tarten, smader, beschimpen, honen, ondergeschikt
Taal: Hebreeuws

Statistieken

Komt 41x voor in 13 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie



Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon

[חָרַף] vb. acquire—only Niph. Lv 19:20

Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible

H2778 חָרַף châraph; a primitive root; also denominative (from 2779) to pull off, i.e. (by implication) to expose (as by stripping); specifically, to betroth (as if a surrender); figuratively, to carp at, i.e. defame; to spend the winter — betroth, blaspheme, defy, jeopard, rail, reproach, upbraid.

Synoniemen en afgeleide woorden

Hebreeuws חָרִיף H2756 "Harif , Charif"; Hebreeuws חֹרֶף H2779 "winter, winterhuis, winterpaleis"; Hebreeuws חָרֵף H2780 "Charef, Haref"; Hebreeuws חֶרְפָּה H2781 "smaadrede, hoon, gesmaad, versmaadheid, smaad, smaad voorwerp van -, schande, smaadheid";

Literatuur


Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij