H2781_ חֶרְפָּה
smaadrede, hoon, gesmaad, versmaadheid, smaad, smaad voorwerp van -, schande, smaadheid
Taal: Hebreeuws

Statistieken

Komt 74x voor in 17 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie



Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon

חֶרְפָּה n.f. reproach 1 taunt of enemy 2 reproach which rests upon one, condition of shame, disgrace 3 a reproach, the object of reproach, the person or thing reproached

Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible

H2781 חֶרְפָּה cherpâh; from 2778; contumely, disgrace, the pudenda — rebuke, reproach(-fully), shame.

Synoniemen en afgeleide woorden

Hebreeuws חָרַף H2778 "honer, versmaden, smaden, bejegenen (met smaad), tarten, smader, beschimpen, honen, ondergeschikt";

Literatuur


Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen