Chanoeka

Bijbelteksten

Numeri 7:10En de oversten offerden ter inwijding des altaars, op den dag als hetzelve gezalfd werd; de oversten dan offerden hun offeranden voor het altaar.
Numeri 7:11En de HEERE zeide tot Mozes: Elke overste zal (een iegelijk op zijn dag) zijn offerande offeren, ter inwijding des altaars.
Numeri 7:84Dit was de inwijding des altaars van de oversten van Israel, op den dag als hetzelve gezalfd werd: twaalf zilveren schotels, twaalf zilveren sprengbekkens, twaalf gouden reukschalen.
Numeri 7:88En al de runderen ten dankoffer waren vier en twintig varren, de rammen zestig, de bokken zestig, de eenjarige lammeren zestig. Dit is de inwijding des altaars, nadat hetzelve gezalfd was.
2 Kronieken 7:9En ten achtsten dage hielden zij een verbodsdag; want zij hielden de inwijding des altaars zeven dagen, en het feest zeven dagen.
Ezra 6:16En de kinderen Israels, de priesteren en Levieten, en de overige kinderen der gevangenis deden de inwijding van dit huis Gods met vreugde.
Ezra 6:17En zij offerden, ter inwijding van dit huis Gods, honderd runderen, tweehonderd rammen, vierhonderd lammeren en twaalf geitenbokken, ten zondoffer voor gans Israel, naar het getal der stammen Israels.
Nehemia 12:27In de inwijding nu van Jeruzalems muur, zochten zij de Levieten uit al hun plaatsen, dat zij hen te Jeruzalem brachten, om de inwijding te doen met vreugde, en met dankzeggingen, en met gezang, cimbalen, luiten, en met harpen.
Psalm 30:1Een psalm, een lied der inwijding van Davids huis.
Haggai 2:19Stelt er toch uw hart op, van dezen dag af en opwaarts; van den vier en twintigsten dag der negende [maand] af, van den dag, als het fondament aan den tempel des HEEREN is gelegd geworden, stelt er uw hart op.
Johannes 10:22En het was het feest der vernieuwing des tempels te Jeruzalem; en het was winter.