Toonbroden

Bijbelteksten

Exodus 25:30En gij zult op deze tafel altijd het toonbrood voor Mijn aangezicht leggen.
Exodus 35:13De tafel en haar handbomen, en al haar gereedschap, en de toonbroden;
Exodus 39:36De tafel, met al haar gereedschap, en de toonbroden;
Leviticus 24:5Gij zult ook meelbloem nemen, en twaalf koeken daarvan bakken; van twee tienden zal een koek zijn.
Leviticus 24:8Op elken sabbatdag gedurig zal men dat voor het aangezicht des HEEREN toerichten, vanwege de kinderen Israels, tot een eeuwig verbond.
Numeri 4:7Zij zullen ook op de toontafel een kleed van hemelsblauw uitspreiden, en zullen daarop zetten de schotels, en de reukschalen, en de kroezen, en de dekschotels; ook zal het gedurig brood daarop zijn.
1 Samuel 21:6Toen gaf de priester hem dat heilige [brood], dewijl er geen brood was dan de toonbroden, die van voor het aangezicht des HEEREN weggenomen waren, dat men er warm brood legde, ten dage als dat weggenomen werd.
1 Koningen 7:48Ook maakte Salomo al de vaten, die voor het huis des HEEREN waren; het gouden altaar, en de gouden tafel, op dewelke de toonbroden waren;
2 Kronieken 4:19Ook maakte Salomo alle vaten, die voor het huis Gods waren, en het gouden altaar, en de tafelen, waarop de toonbroden zijn;
Mattheus 12:4Hoe hij gegaan is in het huis Gods, en de toonbroden gegeten heeft, die hem niet geoorloofd waren te eten, noch ook hun die met hem [waren], maar den priesteren alleen.
Markus 2:26Hoe hij ingegaan is in het huis Gods, ten tijde van Abjathar, den hogepriester, en de toonbroden gegeten heeft, die niemand zijn geoorloofd te eten, dan den priesteren, en ook gegeven heeft dengenen, die met hem waren?
Lukas 6:4Hoe hij ingegaan is in het huis Gods, en de toonbroden genomen en gegeten heeft, en ook gegeven dengenen, die met hem waren, welke niet zijn geoorloofd te eten, dan alleen den priesteren.
Hebreeen 9:2Want de tabernakel was toebereid, [namelijk] de eerste, in welken was de kandelaar, en de tafel, en de toonbroden, welke genaamd wordt het heilige;

Hadderech