Elah (God)
אֱלָהּ H426 "god(en), god(en), God",

Zie ook: Godsnaam,

Aramees voor 1) God (van Israël)
2) god, heidense godheid (Jeremia 10:11; Daniel 2:11; 2:18; 3:12; 3:14; 3:18)

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!