Eten, Gerechten
δεῖπνον G1173 "avondmaal, maaltijd", πατέομαι G3960 "eten, proeven", אָכַל H398 "eten, verslinden, verteren, voeden, spijzen", אֲכַל H399 "eten, verslinden", לֶחֶם H3899 "eten, toonbrood, spijs, spijze, brood der toerichting, brood",

Zie ook: Voedsel,

Bijbelse gerechten

In de Bijbel worden een aantal gerechten genoemd. Zo lezen we dat Abraham zegt dat hij brood gaat klaarmaken, koeken haalt, en een kalf slacht. Hij serveert dit met boter en melk (Gen. 18:5-8). Iets verder lezen we dat Jakob een gerecht van linzen maakt (mogelijk soep) en dit serveert aan zijn broer Ezau (Gen. 25:34) en daarmee zijn eerstgeboorterecht ontfutselt.

Aan het begin van de Uittocht lezen we over ongezuurde broden, matses.

In Jes. 25:6 lezen we het volgende gerecht: "een feestmaal met gerijpte wijnen, met uitgelezen gerechten vol merg, met gezuiverde gerijpte wijnen", terwijl in Ezech. 24:3-5 wordt d.m.v. een gelijkenis het volgende recept gegeven: "Zet de kookpot op, zet hem op het vuur, en giet er ook water in. Voeg er de ervoor bestemde stukken bij, alle goede stukken vlees, dijbeen en schouderstukken, vul hem met de beste beenderen. Neem het beste van het kleinvee, stapel er ook beenderen onder op, breng het goed aan de kook. Ook zullen zijn beenderen middenin moeten koken".

Oorlogsbrood

Een van de meest vreemde recepten van brood vinden we in Ezechiël 4:9 waar we het volgende recept vinden “Neem tarwe, gerst, bonen, linzen, gierst en spelt; doe alles in een pot en maak er brood van;” Dit recept wordt gegeven aan de profeet Ezechiël als hij symbolisch moet aangeven dat er een beleg komt van Jeruzalem. Hij krijgt de opdracht om dit “oorlogsbrood” 390 dagen lang te eten, zodat de mensen hierdoor zouden zien, hoe hoog de nood zal stijgen in de belegerde en uitgehongerde stad. De samenstelling van dit brood, uit een mengsel van vier in hoofdzaak minderwaardige graansoorten, aangevuld met twee bonensoorten is een bekend fenomeen in tijden van hongersnood waar alle “Ersatz” tot één meel wordt vermalen en tot één brood wordt gebakken.

In verschillende moderne Bijbelse kookboeken wordt dit als een heerlijkheid beschreven, maar zoals uit bovenstaand context al blijkt is dit het niet. Temeer daar wat vooral de weerzin moest inboezemen niet alleen de slechte kwaliteit was, maar vooral ook het onreine karakter. Was de vermenging van twee soorten volgens de wet al onrein (Deut. 22:9-11), dit mengsel bestond uit zes soorten en was dus wel het toppunt van onreinheid voor een volk, dat direct in de contramine ging over alles wat niet “kosher” was.

De weerzin wordt nog verergerd doordat Ezechiël de opdracht krijgt om dit brood te rantsoeneren om daarmee aan te geven dat de inwoners van Jeruzalem het slecht met drie ons moesten doen, welke over verschillende maaltijden verspreid moesten worden. Een teken dat er dus echt een hongersnood zal zijn.

Meestal is het zo dat in oorlogstijd niet alleen het voedsel schaars is, maar ook de brandstof. We zien dan ook dat Ezechiël het brood moet bakken op zijn eigen uitwerpselen (Ezech. 4:12). Niet alleen is dit walgelijk, maar hierdoor krijgt de onreinheid van de samenstelling nog eens extra de aandacht. Als Ezechiël hier (terecht?) tegen protesteert, krijgt hij toestemming om het dan maar te bereiden op koeienvlaaien.

Voor degenen die bovenstaand recept gaan uitproberen, doe het vooral op de manier zoals Ezechiël het heeft gedaan. Weerzin is verzekerd.


Gerechten

Een aantal gerechten, al dan niet direct gebaseerd op de Bijbel.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!