Madon
מָדוֹן H4068 "Madon",

Zie ook: Plaatsen,

Madon

Madon (Hebreeuws מָדוֹן H4068), een plaats in de Bijbel.

Inhoud

Bijbel

Een plaats in het noorden van Kanaän, waarvan koning Jobab de koning was (Joz. 11:1). De plaats wordt genoemd als Jabin, de koning van Hazor, hoort dat de Israëlieten onder aanvoering van Jozua optrekken. Hij roept de hulp in van de omliggende plaatsen en volken. Dit geallieerde leger verzamelt zich bij de wateren van Merom (Hula vallei) om daar tegen de Israëlieten te vechten (Joz. 11:5) en worden verslagen (Joz. 11:16). Tot slot wordt de plaats nog vermeld in een lijst met overwonnen volken en steden (Joz. 12:19).


Identificatie

Geen stad met deze naam is bekend in een andere bron. Op basis van de gelijkluidende naam identificeren sommige geleerden de plaats met Khirbet Madjan in de buurt van Qarn Hattin ten westen van Tiberias. Hoewel het waarschijnlijker is dat deze plek het Bijbelse Adama is (J. Bimson, p. 264-265; Encyclopaedia Judaica, Vol. 13 p. 332).

In de Septuagint wordt de plaats geschreven als Μαρρων Marrōn net als Merom in Jozua 11:5 en Jozua 11:7 (Encyclopaedia Judaica, Vol. 13 p. 332), dit doet vermoeden dat in het Hebreeuws de ד 'd' en ר 'r', welke veel op elkaar lijken, zijn verwisseld en hier Merom wordt bedoeld. De plaats Merom komt voor op de overwinningslijsten van de Egyptische Tutmoses III, Ramses II en van de Assyrische Tiglatpileser (ANET, p. 283).


Aangemaakt 26 maart 2005, laatst gewijzigd 1 maart 2020


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!