G1111 γογγύζω
mompelen, murmureren, morren

Bijbelteksten

Mattheus 20:11En [dien] ontvangen hebbende, murmureerden zij tegen den heer des huizes,
Lukas 5:30En hun Schriftgeleerden en de Farizeen murmureerden tegen Zijn discipelen, zeggende: Waarom eet en drinkt gij met tollenaren en zondaren?
Johannes 6:41De Joden dan murmureerden over Hem, omdat Hij gezegd had: Ik ben het Brood, Dat uit den hemel nedergedaald is.
Johannes 6:43Jezus antwoordde dan, en zeide tot hen: Murmureert niet onder elkander.
Johannes 6:61Jezus nu, wetende bij Zichzelven, dat Zijn discipelen daarover murmureerden, zeide tot hen: Ergert ulieden dit?
Johannes 7:32De Farizeen hoorden, dat de schare dit van Hem murmelde; en de Farizeen en de overpriesters zonden dienaren, opdat zij Hem grijpen zouden.
1 Corinthiers 10:10En murmureert niet, gelijk ook sommigen van hen gemurmureerd hebben, en werden vernield van den verderver.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken