H100 אַגְמוֹן
bies, bieze

Bijbelteksten

Job 40:21Zult gij hem een bieze in den neus leggen, of met een doorn zijn kaak doorboren?
Job 41:11Uit zijn neusgaten komt rook voort, als [uit] een ziedende pot en ruimen ketel.
Jesaja 9:13Daarom zal de HEERE afhouwen uit Israel den kop en den staart, den tak en de bieze, op een dag.
Jesaja 19:15En er zal geen werk wezen voor de Egyptenaren, hetwelk het hoofd of de staart, de tak of de bieze doen mag.
Jesaja 58:5Zou het zulk een vasten zijn, dat Ik verkiezen zou, dat de mens zijn ziel een dag kwelle, dat hij zijn hoofd kromme gelijk een bieze, en een zak en as onder [zich] spreide? Zoudt gij dat een vasten heten, en een dag den HEERE aangenaam?

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken