H1107 בִּלְעֲדֵי
behalve, zonder, geenszins, buiten, een ander dan
Genesis 14:24 | [Het zij] buiten mij; alleen wat de jongelingen verteerd hebben, en het deel dezer mannen, die met mij getogen zijn, Aner, Eskol en Mamre, laat die hun deel nemen! |
Genesis 41:16 | En Jozef antwoordde Farao, zeggende: Het is buiten mij! God zal Farao's welstand aanzeggen. |
Genesis 41:44 | En Farao zeide tot Jozef: Ik ben Farao! doch zonder u zal niemand zijn hand of zijn voet opheffen in gans Egypteland. |
Numeri 5:20 | Maar zo gij, onder uw man zijnde, afgeweken zijt, en zo gij onrein geworden zijt, dat een man bij u gelegen heeft, behalve uw man: |
Jozua 22:19 | Maar toch, indien het land uwer bezitting onrein is, komt over in het land van de bezitting des HEEREN, waar de tabernakel des HEEREN woont, en neemt bezitting in het midden van ons; maar zijt niet wederspannig tegen den HEERE, en zijt ook niet wederspannig tegen ons, een altaar voor u bouwende, behalve het altaar van den HEERE, onzen God. |
2 Samuel 22:32 | Want wie is God, behalve de HEERE, en wie is een rotssteen, behalve onze God? |
2 Koningen 18:25 | Nu, ben ik zonder den HEERE opgetogen tegen deze plaats, om die te verderven? De HEERE heeft tot mij gezegd: Trek op tegen dat land, en verderf het. |
Job 34:32 | Behalve [wat] ik zie, leer Gij mij; heb ik onrecht gewrocht, ik zal het niet meer doen. |
Psalm 18:32 | Want wie is God, behalve de HEERE? En wie is een Rotssteen, dan alleen onze God? |
Jesaja 36:10 | En nu ben ik zonder den HEERE opgetogen tegen dit land, om dat te verderven. De HEERE heeft tot mij gezegd: Trek op tegen dat land, en verderf het. |
Jesaja 43:11 | Ik, Ik ben de HEERE, en er is geen Heiland behalve Mij. |
Jesaja 44:6 | Zo zegt de HEERE, de Koning van Israel, en zijn Verlosser, de HEERE der heirscharen: Ik ben de Eerste, en Ik ben de Laatste, en behalve Mij is er geen God. |
Jesaja 44:8 | Verschrikt niet, en vreest niet; heb Ik het u van toen af niet doen horen en verkondigd? Want gijlieden zijt Mijn getuigen: is er ook een God behalve Mij? Immers, er is geen [andere] rotssteen: Ik ken er geen? |
Jesaja 45:6 | Opdat men wete, van den opgang der zon en van den ondergang, dat er buiten Mij niets is, Ik ben de HEERE, en niemand meer. |
Jesaja 45:21 | Verkondigt en treedt hier toe, ja, beraadslaagt samen: wie heeft dat laten horen van ouds her? [Wie] heeft dat van toen af verkondigd? Ben Ik het niet, de HEERE? en er is geen God meer behalve Mij, een rechtvaardig God, en een Heiland, niemand is er dan Ik. |
Jeremia 44:19 | Ook wanneer wij aan Melecheth des hemels roken en haar drankofferen offeren, maken wij haar gebeelde koeken, om haar af te beelden, en offeren wij haar drankofferen, zonder onze mannen? |