2 Kronieken 28:15 | De mannen nu, die met namen uitgedrukt zijn, maakten zich op, en grepen de gevangenen, en kleedden van den roof al hun naakten; en zij kleedden hen, en schoeiden hen, en spijsden hen, en drenkten hen, en zalfden hen, en voerden ze op ezelen, allen die zwak waren, en brachten hen te Jericho, de Palmstad, bij hun broederen; daarna keerden zij weder naar Samaria. |
Ezra 2:67 | Hun kemelen, vierhonderd vijf en dertig; de ezelen, zes duizend zevenhonderd en twintig. |
Nehemia 7:69 | Kemelen, vierhonderd vijf en dertig; ezelen, zes duizend, zevenhonderd en twintig. |
Nehemia 13:15 | In dezelfde dagen zag ik in Juda, die persen traden op den sabbat, en die garven inbrachten, die zij op ezels laadden; als ook wijn, druiven en vijgen, en allen last, dien zij te Jeruzalem inbrachten op den sabbatdag; en ik betuigde [tegen hen] ten dage, als zij eetwaren verkochten. |
Job 24:3 | Den ezel der wezen drijven zij weg; den os ener weduwe nemen zij te pand. |
Spreuken 26:3 | Een zweep is voor het paard, een toom voor den ezel, en een roede voor den rug der zotten. |
Jesaja 1:3 | Een os kent zijn bezitter, en een ezel de krib zijns heren; [maar] Israel heeft geen kennis, Mijn volk verstaat niet. |
Jesaja 21:7 | En hij zag een wagen, een paar ruiters, een wagen [met] ezels, een wagen [met] kemels; en hij merkte zeer nauw op, met grote opmerking. |
Jesaja 32:20 | Welgelukzalig zijt gijlieden, die aan alle wateren zaait; gij, die den voet des osses en des ezels [derwaarts] henenzendt! |
Jeremia 22:19 | Met een ezelsbegrafenis zal hij begraven worden; men zal [hem] slepen en daarhenen werpen, verre weg van de poorten van Jeruzalem. |
Ezechiel 23:20 | En zij werd verliefd meer dan derzelver bijwijven, welker vlees is [als] het vlees der ezelen, en welker vloed is [als] de vloed der paarden. |
Zacharia 9:9 | Verheug u zeer, gij dochter Sions! juich, gij dochter Jeruzalems! Ziet, uw Koning zal u komen, rechtvaardig, en Hij is een Heiland; arm, en rijdende op een ezel, en op een veulen, een jong der ezelinnen. |
Zacharia 14:15 | Alzo zal ook de plage der paarden, der muildieren, der kemelen, en der ezelen, en aller beesten zijn, die in diezelve heirlegers geweest zullen zijn, gelijk gener plage geweest is. |