H2623 חָסִיד
liefderijk, goedig, goedaardig, genadig, vroom, gunstgenoot, heilig
Deuteronomium 33:8 | En van Levi zeide hij: Uw Thummim en Uw Urim zijn aan den man, Uw gunstgenoot; dien Gij verzocht hebt in Massa, met welken Gij getwist hebt aan de wateren van Meriba. |
1 Samuel 2:9 | Hij zal de voeten Zijner gunstgenoten bewaren; maar de goddelozen zullen zwijgen in duisternis; want een man vermag niet door kracht. |
2 Samuel 22:26 | Bij den goedertierene houdt Gij U goedertieren; bij den oprechten held houdt Gij U oprecht. |
2 Kronieken 6:41 | En nu, HEERE God, maak U op tot Uw rust, Gij en de ark Uwer kracht; laat Uw priesters, HEERE God, met heil bekleed worden, en laat Uw gunstgenoten over het goede blijde zijn. |
Psalm 4:4 | Weet toch, dat de HEERE Zich een gunstgenoot heeft afgezonderd; de HEERE zal horen, als ik tot Hem roep. |
Psalm 12:2 | Behoud, o HEERE; want de goedertierene ontbreekt, want de getrouwen zijn weinig geworden onder de mensenkinderen. |
Psalm 16:10 | Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult niet toelaten, dat Uw Heilige de verderving zie. |
Psalm 18:26 | Bij den goedertierene houdt Gij U goedertieren, bij den oprechten man houdt Gij U oprecht. |
Psalm 30:5 | Psalmzingt den HEERE, gij Zijn gunstgenoten! en zegt lof ter gedachtenis Zijner heiligheid. |
Psalm 31:24 | Hebt den HEERE lief, gij, al Zijn gunstgenoten! [want] de HEERE behoedt de gelovigen, en vergeldt overvloediglijk dengene, die hoogmoed bedrijft. |
Psalm 32:6 | Hierom zal U ieder heilige aanbidden in vindenstijd; ja, in een overloop van grote wateren zullen zij hem niet aanraken. |
Psalm 37:28 | Want de HEERE heeft het recht lief, en zal Zijn gunstgenoten niet verlaten; in eeuwigheid worden zij bewaard; maar het zaad der goddelozen wordt uitgeroeid. |
Psalm 43:1 | Doe mij recht, o God! en twist Gij mijn twistzaak; bevrijd mij van het ongoedertieren volk, van den man des bedrogs en des onrechts. |
Psalm 50:5 | Verzamelt Mij Mijn gunstgenoten, die Mijn verbond maken met offerande! |
Psalm 52:11 | Ik zal U loven in eeuwigheid, omdat Gij het gedaan hebt; en ik zal Uw Naam verwachten; want hij is goed voor Uw gunstgenoten. |
Psalm 79:2 | Zij hebben de dode lichamen Uwer knechten aan het gevogelte des hemels tot spijs gegeven; het vlees Uwer gunstgenoten aan het gedierte des lands. |
Psalm 85:9 | Ik zal horen, wat God, de HEERE, spreken zal; want Hij zal tot Zijn volk en tot Zijn gunstgenoten van vrede spreken; maar dat zij niet weder tot dwaasheid keren. |
Psalm 86:2 | Bewaar mijn ziel, want ik ben [Uw] gunstgenoot, o Gij, mijn God! verlos Uw knecht die op U betrouwt. |
Psalm 89:20 | Toen hebt Gij in een gezicht gesproken van Uw heilige, en gezegd: Ik heb hulp besteld bij een held; Ik heb een verkorene uit het volk verhoogd. |
Psalm 97:10 | Gij liefhebbers des HEEREN! haat het kwade; Hij bewaart de zielen Zijner gunstgenoten; Hij redt hen uit der goddelozen hand. |