H3130 יוֹסֵף
Jozef (priester), Jozef (zn. v. Jakob), Jozef (zn. v. Asaf), Jozef (vader v. Igal)

Bijbelteksten

Psalm 77:16Gij hebt Uw volk door [Uw] arm verlost; de kinderen van Jakob en van Jozef. Sela.
Psalm 78:67Doch Hij verwierp de tent van Jozef, en den stam van Efraim verkoos Hij niet.
Psalm 80:2O Herder Israels! neem ter ore, Die Jozef als schapen leiddet; Die tussen de cherubim zit, verschijn blinkende.
Psalm 105:17Hij zond een man voor hun aangezicht henen; Jozef werd verkocht tot een slaaf.
Ezechiel 37:16Gij nu, mensenkind! neem u een hout, en schrijf daarop: Voor Juda, en voor de kinderen Israels, zijn metgezellen; en neem een ander hout, en schrijf daarop: Voor Jozef, het hout van Efraim, en van het ganse huis Israels, zijn metgezellen.
Ezechiel 37:19Zo spreek tot hen: Alzo zegt de Heere HEERE: Ziet, Ik zal het hout van Jozef, dat in Efraims hand geweest is, en van de stammen Israels, zijn metgezellen, nemen, en Ik zal dezelve met hem voegen tot het hout van Juda, en zal ze maken tot een enig hout; en zij zullen een worden in Mijn hand.
Ezechiel 47:13Alzo zegt de Heere HEERE: Dit zal de landpale zijn, [naar] dewelke gij het land ten erve zult nemen, naar de twaalf stammen Israels: Jozef [twee] snoeren.
Ezechiel 48:32En aan den oosterhoek, vier duizend en vijfhonderd [maten], en drie poorten: namelijk, een poort van Jozef, een poort van Benjamin, een poort van Dan.
Amos 5:6Zoekt den HEERE, en leeft; opdat Hij niet doorbreke [in] het huis van Jozef als een vuur, dat vertere, zodat er niemand zij, die het blusse in Beth-el;
Amos 5:15Haat het boze, en hebt lief het goede, en bestelt het recht in de poort, misschien zal de HEERE, de God der heirscharen, aan Jozefs overblijfsel genadig zijn.
Amos 6:6Die wijn uit schalen drinken, en zich zalven met de voortreffelijkste olie, maar bekommeren zich niet over de verbreking van Jozef.
Obadja 1:18En Jakobs huis zal een vuur zijn, en Jozefs huis een vlam, en Ezau's huis tot een stoppel; en zij zullen tegen hen ontbranden, en zullen ze verteren, zodat Ezau's huis geen overgeblevene zal hebben; want de HEERE heeft het gesproken.
Zacharia 10:6En Ik zal het huis van Juda versterken, en het huis van Jozef zal Ik behouden, en Ik zal hen weder inzetten; want Ik heb Mij hunner ontfermd, en zij zullen wezen, alsof Ik hen niet verstoten had; want Ik ben de HEERE, hun God, en Ik zal ze verhoren.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel