Aantekeningen bij de Bijbel:

H3520 כְּבוּדָּה

heerlijk, have, pronkbed, geheel verheerlijkt, louter pracht, bagage

Richteren 18:21	Alzo keerden zij zich, en togen voort; en zij stelden den kinderkens, en het vee, en de bagage voor zich.
Psalm 45:14	Des Konings Dochter is geheel verheerlijkt inwendig; haar kleding is van gouden borduursel.
Ezechiel 23:41	En gij zat op een heerlijk bed, voor hetwelk een tafel toegericht was, en op hetwelk gij Mijn reukwerk en Mijn olie gezet hadt.