H5027 נָבַט
respect, regard, see, behold, consider, look
Job 39:32 | Van daar speurt hij de spijze op; zijn ogen zien van verre af. |
Psalm 10:14 | Gij ziet het [immers]; want Gij aanschouwt de moeite en het verdriet, opdat men het in Uw hand geve; op U verlaat zich de arme, Gij zijt geweest een Helper van den wees. |
Psalm 13:4 | Aanschouw, verhoor mij, HEERE, mijn God; verlicht mijn ogen, opdat ik [in] den dood niet ontslape; |
Psalm 22:18 | Al mijn beenderen zou ik kunnen tellen; zij schouwen het aan, zij zien op mij. |
Psalm 33:13 | De HEERE schouwt uit den hemel, en ziet alle mensenkinderen. |
Psalm 34:6 | [He. Vau.] Zij hebben op Hem gezien, ja, [Hem] als een waterstroom aangelopen; en hun aangezichten zijn niet schaamrood geworden. |
Psalm 74:20 | Aanschouw het verbond; want de duistere plaatsen des lands zijn vol woningen van geweld. |
Psalm 80:15 | O God der heirscharen! keer toch weder; aanschouw uit den hemel, en zie, en bezoek dezen wijnstok, |
Psalm 84:10 | O God, ons Schild! zie, en aanschouw het aangezicht Uws gezalfden. |
Psalm 91:8 | Alleenlijk zult gij het met uw ogen aanschouwen; en gij zult de vergelding der goddelozen zien. |
Psalm 92:12 | En mijn oog zal mijn verspieders aanschouwen; mijn oren zullen het horen, aangaande de boosdoeners, die tegen mij opstaan. |
Psalm 94:9 | Zou Hij, Die het oor plant, niet horen? zou Hij, Die het oog formeert, niet aanschouwen? |
Psalm 102:20 | Omdat Hij uit de hoogte Zijns heiligdoms zal hebben nederwaarts gezien; dat de HEERE uit den hemel op de aarde geschouwd zal hebben; |
Psalm 104:32 | Als Hij de aarde aanschouwt, zo beeft zij; als Hij de bergen aanroert, zo roken zij. |
Psalm 119:6 | Dan zou ik niet beschaamd worden, wanneer ik merken zou op al Uw geboden. |
Psalm 119:15 | Ik zal Uw bevelen overdenken, en op Uw paden letten. |
Psalm 119:18 | Ontdek mijn ogen, dat ik aanschouwe de wonderen van Uw wet. |
Psalm 142:5 | Ik zag uit ter rechterhand, en ziet, zo was er niemand, die mij kende, er was geen ontvlieden voor mij; niemand zorgde voor mijn ziel. |
Spreuken 4:25 | Laat uw ogen rechtuit zien, en uw oogleden zich recht voor u heen houden. |
Jesaja 5:12 | En harpen en luiten, trommelen en pijpen, en wijn zijn [in] hun maaltijden; maar zij aanschouwen het werk des HEEREN niet, en zij zien niet op het maaksel Zijner handen. |