H7493 רָעַשׁ
afraid, quake, moved, shake, remove, tremble

Bijbelteksten

Richteren 5:4HEERE! toen Gij voorttoogt van Seir, toen Gij daarheen traadt van het veld van Edom, beefde de aarde, ook droop de hemel, ook dropen de wolken van water.
2 Samuel 22:8Toen daverde en beefde de aarde; de fondamenten des hemels beroerden zich, en daverden, omdat Hij ontstoken was.
Job 39:23Zult gij het beroeren als een sprinkhaan? De pracht van zijn gesnuif is een verschrikking.
Psalm 18:8Toen daverde en beefde de aarde, en de gronden der bergen beroerden zich en daverden, omdat Hij ontstoken was.
Psalm 46:4Laat haar wateren bruisen, laat ze beroerd worden; laat de bergen daveren, door derzelver verheffing! Sela.
Psalm 60:4Gij hebt het land geschud, Gij hebt het gespleten; genees zijn breuken, want het wankelt.
Psalm 68:9Daverde de aarde, ook dropen de hemelen voor Gods aanschijn; [zelfs] deze Sinai, voor het aanschijn Gods, des Gods van Israel.
Psalm 72:16Is er een hand vol koren in het land op de hoogte der bergen, de vrucht daarvan zal ruisen als de Libanon; en die van de stad zullen bloeien als het kruid der aarde.
Psalm 77:19Het geluid Uws donders was in het ronde; de bliksemen verlichtten de wereld; de aarde werd beroerd en daverde.
Jesaja 13:13Daarom zal Ik den hemel beroeren, en de aarde zal bewogen worden van haar plaats, vanwege de verbolgenheid des HEEREN der heirscharen, en vanwege den dag Zijns hittigen toorns.
Jesaja 14:16Die u zien zullen, zullen u aanschouwen, zij zullen op u letten, [en zeggen:] Is dat die man, die de aarde beroerde, die de koninkrijken deed beven?
Jesaja 24:18En het zal geschieden, zo wie voor de stem der vreze vlieden zal, die zal in den kuil vallen; en die uit den kuil opklimt, die zal in den strik gevangen worden; want de sluizen in de hoogte zijn opengedaan, en de fondamenten der aarde zullen beven.
Jeremia 4:24Ik zag de bergen aan, en ziet, zij beefden; en al de heuvelen schudden.
Jeremia 8:16Van Dan af wordt het gesnuif zijner paarden gehoord; het ganse land beeft van het geluid der briesingen zijner sterken; en zij komen daarhenen, dat zij het land opeten en diens volheid, de stad en die daarin wonen.
Jeremia 10:10Maar de HEERE God is de Waarheid, Hij is de levende God, en een eeuwig Koning; van Zijn verbolgenheid beeft de aarde, en de heidenen kunnen Zijn gramschap niet verdragen.
Jeremia 49:21De aarde heeft gebeefd van het geluid huns vals, [van] het gekrijt, welks geluid gehoord is bij de Schelfzee.
Jeremia 50:46De aarde is bevende geworden van het geluid der inneming van Babel, en het gekrijt is gehoord onder de volken.
Jeremia 51:29Dan zal het land beven en pijn lijden; want elk een van des HEEREN gedachten staat vast tegen Babel, om Babels land te stellen tot een verwoesting, dat er geen inwoner zij.
Ezechiel 26:10Vanwege de menigte zijner paarden zal u derzelver stof bedekken; uw muren zullen beven vanwege het gedruis der ruiteren, en wielen, en wagenen, als hij door uw poorten zal intrekken, gelijk [door] de ingangen ener doorbrokene stad.
Ezechiel 26:15Alzo zegt de Heere HEERE tot Tyrus: Zullen niet de eilanden van het geluid uws vals beven, als de dodelijk verwonde zal kermen, wanneer men in het midden van u schrikkelijk zal moorden?

Mede mogelijk dankzij

Hadderech