2 Koningen 23:31 | Drie en twintig jaren was Joahaz oud, toen hij koning werd, en hij regeerde drie maanden te Jeruzalem; en de naam zijner moeder was Hamutal, de dochter van Jeremia, van Libna. |
2 Koningen 24:18 | Zedekia was een en twintig jaren oud, als hij koning werd, en hij regeerde elf jaren te Jeruzalem; en de naam zijner moeder was Hamutal, een dochter van Jeremia, van Libna. |
1 Kronieken 5:24 | Dezen nu waren de hoofden hunner vaderlijke huizen, te weten: Hefer, en Jisei, en Eliel, en Azriel, en Jeremia, en Hodavja, en Jahdiel; mannen sterk van kracht, mannen van naam, hoofden der huizen hunner vaderen. |
1 Kronieken 12:4 | En Jismaja, de Gibeoniet, was een held onder de dertig, en over dertig [gesteld]; en Jirmeja, en Jahaziel, en Johanan, en Jozabad, de Gederathiet; |
1 Kronieken 12:10 | Mismanna de vierde; Jirmeja de vijfde; |
1 Kronieken 12:13 | Jirmeja de tiende; Machbannai de elfde. |
Nehemia 12:1 | Dit nu zijn de priesters en de Levieten, die met Zerubbabel, den zoon van Sealthiel, en Jesua, optogen: Seraja, Jeremia, Ezra, |
Nehemia 12:12 | En in de dagen van Jojakim waren priesters, hoofden der vaderen: van Seraja was Meraja; van Jeremia, Hananja; |
Nehemia 12:34 | Juda, en Benjamin, en Semaja, en Jeremia; |
Jeremia 35:3 | Toen nam ik Jaazanja, den zoon van Jeremia, den zoon van Habazzinja, mitsgaders zijn broederen, en al zijn zonen, en het ganse huis der Rechabieten; |
Jeremia 52:1 | Zedekia was een en twintig jaren oud, als hij koning werd, en hij regeerde elf jaren te Jeruzalem; en de naam zijner moeder was Hamutal, een dochter van Jeremia, van Libna. |