G2962 κύριος
God, eigenaar, meester, bezitter

Bijbelteksten

Markus 9:24En terstond de vader des kinds, roepende met tranen, zeide: Ik geloof, Heere! kom mijn ongelovigheid te hulp.
Markus 11:3En indien iemand tot u zegt: Waarom doet gij dat? Zo zegt, dat de Heere hetzelve van node heeft; en hij zal het terstond herwaarts zenden.
Markus 11:9En die voorgingen en die volgden riepen, zeggende: Hosanna! gezegend [is] Hij, Die komt in den Naam des Heeren!
Markus 11:10Gezegend [zij] het Koninkrijk van onzen vader David, hetwelk komt in den Naam des Heeren! Hosanna in de hoogste [hemelen]!
Markus 12:9Wat zal dan de heer des wijngaards doen? Hij zal komen, en de landlieden verderven, en den wijngaard aan anderen geven.
Markus 12:11Van den Heere is dit geschied, en het is wonderlijk in onze ogen?
Markus 12:29En Jezus antwoordde hem: Het eerste van al de geboden is: Hoor, Israel! de Heere, onze God, is een enig Heere.
Markus 12:30En gij zult den Heere, uw God, liefhebben uit geheel uw hart, en uit geheel uw ziel, en uit geheel uw verstand, en uit geheel uw kracht. Dit is het eerste gebod.
Markus 12:36Want David zelf heeft door den Heiligen Geest gezegd: De Heere heeft gezegd tot mijn Heere: Zit aan Mijn rechter[hand], totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben tot een voetbank Uwer voeten.
Markus 12:37David dan zelf noemt Hem [zijn] Heere, en hoe is Hij zijn Zoon? En de menigte der schare hoorde Hem gaarne.
Markus 13:20En indien de Heere de dagen niet verkort had, geen vlees zou behouden worden; maar om der uitverkorenen wil, die Hij heeft uitverkoren, heeft Hij de dagen verkort.
Markus 13:35Zo waakt dan (want gij weet niet, wanneer de heer des huizes komen zal, [des avonds] laat, of ter middernacht, of met het hanengekraai, of in den morgenstond);
Markus 16:19De Heere dan, nadat Hij tot hen gesproken had, is opgenomen in den hemel, en is gezeten aan de rechter[hand] Gods.
Markus 16:20En zij, uitgegaan zijnde, predikten overal, en de Heere wrocht mede, en bevestigde het Woord door tekenen, die daarop volgden. Amen.
Lukas 1:6En zij waren beiden rechtvaardig voor God, wandelende in al de geboden en rechten des Heeren, onberispelijk.
Lukas 1:9Naar de gewoonte der priesterlijke bediening, hem te lote was gevallen, dat hij zoude ingaan in den tempel des Heeren om te reukofferen.
Lukas 1:11En van hem werd gezien een engel des Heeren, staande ter rechter[zijde] van het altaar des reukoffers.
Lukas 1:15Want hij zal groot zijn voor den Heere; noch wijn, noch sterken drank zal hij drinken, en hij zal met den Heiligen Geest vervuld worden, ook van zijner moeders lijf aan.
Lukas 1:16En hij zal velen der kinderen Israels bekeren tot den Heere, hun God.
Lukas 1:17En hij zal voor Hem heengaan, in den geest en de kracht van Elias, om te bekeren de harten der vaderen tot de kinderen, en de ongehoorzamen tot de voorzichtigheid der rechtvaardigen, om den Heere te bereiden een toegerust volk.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech