G5101 τίς
wie, welke, wat

Bijbelteksten

Openbaring 2:17Die oren heeft, die hore, wat de Geest tot de Gemeenten zegt. Die overwint, Ik zal hem geven te eten van het manna, dat verborgen is, en Ik zal hem geven een witten keursteen, en op den keursteen een nieuwen naam geschreven, welken niemand kent, dan die hem ontvangt.
Openbaring 2:29Die oren heeft, die hore wat de Geest tot de Gemeenten zegt.
Openbaring 3:6Die oren heeft, die hore wat de Geest tot de Gemeenten zegt.
Openbaring 3:13Die oren heeft, die hore wat de Geest tot de Gemeenten zegt.
Openbaring 3:22Die oren heeft, die hore, wat de Geest tot de Gemeenten zegt.
Openbaring 5:2En ik zag een sterken engel, uitroepende met een grote stem: Wie is waardig het boek te openen, en zijn zegelen open te breken?
Openbaring 6:17Want de grote dag Zijns toorns is gekomen, en wie kan bestaan?
Openbaring 7:13En een uit de ouderlingen antwoordde, zeggende tot mij: Dezen, die bekleed zijn met de lange witte klederen, wie zijn zij, en van waar zijn zij gekomen?
Openbaring 13:4En zij aanbaden den draak, die het beest macht gegeven had; en zij aanbaden het beest, zeggende: Wie is dit beest gelijk? wie kan krijg voeren tegen hetzelve?
Openbaring 15:4Wie zou U niet vrezen, Heere, en Uw Naam [niet] verheerlijken? Want Gij zijt alleen heilig; want alle volken zullen komen, en voor U aanbidden; want Uw oordelen zijn openbaar geworden.
Openbaring 17:7En de engel zeide tot mij: Waarom verwondert gij u? Ik zal u zeggen de verborgenheid der vrouw en van het beest, dat haar draagt, hetwelk de zeven hoofden heeft en de tien hoornen.
Openbaring 18:18En riepen, ziende den rook van haar brand, [en] zeggende: Wat [stad] was deze grote stad gelijk?

Mede mogelijk dankzij

TuinTuin