G2962 κύριος
God, eigenaar, meester, bezitter
Efeziers 1:15 | Daarom ook ik, gehoord hebbende het geloof in den Heere Jezus, dat onder u is, en de liefde tot al de heiligen, |
Efeziers 1:17 | Opdat de God van onzen Heere Jezus Christus, de Vader der heerlijkheid, u geve den Geest der wijsheid en der openbaring in Zijn kennis; |
Efeziers 2:21 | Op Welken het gehele gebouw, bekwamelijk samengevoegd zijnde, opwast tot een heiligen tempel in den Heere; |
Efeziers 3:11 | Naar het eeuwig voornemen, dat Hij gemaakt heeft in Christus Jezus, onzen Heere; |
Efeziers 3:14 | Om deze oorzaak buig ik mijn knieën tot den Vader van onzen Heere Jezus Christus, |
Efeziers 4:1 | Zo bid ik u dan, ik, de gevangene in den Heere, dat gij wandelt waardiglijk der roeping, met welke gij geroepen zijt; |
Efeziers 4:5 | Een Heere, een geloof, een doop, |
Efeziers 4:17 | Ik zeg dan dit, en betuig het in den Heere, dat gij niet meer wandelt, gelijk als de andere heidenen wandelen in de ijdelheid huns gemoeds. |
Efeziers 5:8 | Want gij waart eertijds duisternis, maar nu zijt gij licht in den Heere; wandelt als kinderen des lichts. |
Efeziers 5:10 | Beproevende wat den Heere welbehagelijk zij. |
Efeziers 5:17 | Daarom zijt niet onverstandig, maar verstaat, welke de wil des Heeren zij. |
Efeziers 5:19 | Sprekende onder elkander met psalmen, en lofzangen, en geestelijke liederen, zingende en psalmende den Heere in uw hart; |
Efeziers 5:20 | Dankende te allen tijd over alle dingen God en den Vader, in den Naam van onzen Heere Jezus Christus; |
Efeziers 5:22 | Gij vrouwen, weest aan uw eigen mannen onderdanig, gelijk aan den Heere; |
Efeziers 5:29 | Want niemand heeft ooit zijn eigen vlees gehaat, maar hij voedt het, en onderhoudt het, gelijkerwijs ook de Heere de Gemeente. |
Efeziers 6:1 | Gij kinderen, zijt uw ouderen gehoorzaam in den Heere; want dat is recht. |
Efeziers 6:4 | En gij vaders, verwekt uw kinderen niet tot toorn, maar voedt hen op in de lering en vermaning des Heeren. |
Efeziers 6:5 | Gij dienstknechten, zijt gehoorzaam [uw] heren naar het vlees, met vreze en beven, in eenvoudigheid uws harten, gelijk als aan Christus; |
Efeziers 6:7 | Dienende met goedwilligheid den Heere, en niet de mensen; |
Efeziers 6:8 | Wetende, dat zo wat goed een iegelijk gedaan zal hebben, hij datzelve van den Heere zal ontvangen, hetzij dienstknecht, hetzij vrije. |