G2962 κύριος
God, eigenaar, meester, bezitter

Bijbelteksten

Efeziers 6:9En gij heren, doet hetzelfde bij hen, nalatende de dreiging; als die weet, dat ook uw eigen Heere in de hemelen is, en [dat] geen aanneming des persoons bij Hem is.
Efeziers 6:10Voorts, mijn broeders, wordt krachtig in den Heere, en in de sterkte Zijner macht.
Efeziers 6:21En opdat ook gij moogt weten hetgeen mij aangaat; [en] wat ik doe, [dat] alles zal u Tychikus, de geliefde broeder en getrouwe dienaar in den Heere, bekend maken;
Efeziers 6:23Vrede zij den broederen, en liefde met geloof, van God den Vader, en den Heere Jezus Christus.
Efeziers 6:24De genade [zij] met al degenen, die onzen Heere Jezus Christus liefhebben in onverderfelijkheid. Amen.
Filippenzen 1:2Genade zij u en vrede van God, onzen Vader, en den Heere Jezus Christus.
Filippenzen 1:14En [dat] het meerder [deel] der broederen in den Heere, door mijn banden vertrouwen gekregen hebbende, overvloediger het Woord onbevreesd durven spreken.
Filippenzen 2:11En alle tong zou belijden, dat Jezus Christus de Heere zij, tot heerlijkheid Gods des Vaders.
Filippenzen 2:19En ik hoop in den Heere Jezus Timotheus haast tot u te zenden, opdat ik ook welgemoed moge zijn, als ik uw zaken zal verstaan hebben.
Filippenzen 2:24Doch ik vertrouw in den Heere, dat ik ook zelf haast [tot u] komen zal.
Filippenzen 2:29Ontvangt hem dan in den Heere, met alle blijdschap, en houdt dezulken in waarde.
Filippenzen 3:1Voorts, mijn broeders, verblijdt u in den Heere. Dezelfde dingen aan u te schrijven, is mij niet verdrietig, en het is u zeker.
Filippenzen 3:8Ja, gewisselijk, ik acht ook alle dingen schade te zijn, om de uitnemendheid der kennis van Christus Jezus, mijn Heere; om Wiens wil ik al die dingen schade gerekend heb, en acht die drek te zijn, opdat ik Christus moge gewinnen.
Filippenzen 3:20Maar onze wandel is in de hemelen, waaruit wij ook den Zaligmaker verwachten, [namelijk] den Heere Jezus Christus;
Filippenzen 4:1Zo dan, mijn geliefde en zeer gewenste broeders, mijn blijdschap en kroon, staat alzo in den Heere, geliefden!
Filippenzen 4:2Ik vermaan Euodia, en ik vermaan Syntyche, dat zij eensgezind zijn in den Heere.
Filippenzen 4:4Verblijdt u in den Heere te allen tijd; wederom zeg ik: Verblijdt u.
Filippenzen 4:5Uw bescheidenheid zij allen mensen bekend. De Heere is nabij.
Filippenzen 4:10En ik ben grotelijks verblijd geweest in den Heere, dat gij nu eenmaal wederom verwakkerd zijt om aan mij te gedenken; waaraan gij ook gedacht hebt, maar gij hebt de gelegenheid niet gehad.
Filippenzen 4:23De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken