H4940 מִשְׁפָּחָה
familie, clan, stam, volk

Bijbelteksten

Numeri 4:36Hun getelden nu waren, naar hun geslachten, twee duizend zevenhonderd en vijftig.
Numeri 4:37Dit zijn de getelden van de geslachten der Kahathieten, van al wie in de tent der samenkomst diende, welke Mozes en Aaron geteld hebben, naar het bevel des HEEREN, door de hand van Mozes.
Numeri 4:38Insgelijks de getelden der zonen van Gerson, naar hun geslachten, en naar het huis hunner vaderen;
Numeri 4:40Hun getelden waren, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen, twee duizend zeshonderd en dertig.
Numeri 4:41Dezen zijn de getelden van de geslachten der zonen van Gerson, van al wie in de tent der samenkomst diende, welke Mozes en Aaron telden, naar het bevel des HEEREN.
Numeri 4:42En de getelden van de geslachten der zonen van Merari, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen,
Numeri 4:44Hun getelden nu waren, naar hun geslachten, drie duizend en tweehonderd.
Numeri 4:45Dezen zijn de getelden van de geslachten der zonen van Merari, welke Mozes en Aaron geteld hebben, naar het bevel des HEEREN, door de hand van Mozes.
Numeri 4:46Al de getelden, welke Mozes en Aaron, en de oversten van Israël geteld hebben van de Levieten, naar hun geslachten, en naar het huis hunner vaderen,
Numeri 11:10Toen hoorde Mozes het volk wenen door hun huisgezinnen, een ieder aan de deur zijner hut; en de toorn des HEEREN ontstak zeer; ook was het kwaad in de ogen van Mozes.
Numeri 26:5Ruben was de eerstgeborene van Israel. De zonen van Ruben waren: Hanoch, [van welken] was het geslacht der Hanochieten; van Pallu het geslacht der Palluieten;
Numeri 26:6Van Hezron het geslacht der Hezronieten; van Karmi het geslacht der Karmieten.
Numeri 26:7Dit zijn de geslachten der Rubenieten; en hun getelden waren drie en veertig duizend zevenhonderd en dertig.
Numeri 26:12De zonen van Simeon, naar hun geslachten: van Nemuel, het geslacht der Nemuelieten; van Jamin het geslacht der Jaminieten; van Jachin het geslacht der Jachinieten;
Numeri 26:13Van Zerah het geslacht der Zerahieten; van Saul het geslacht der Saulieten.
Numeri 26:14Dat zijn de geslachten der Simeonieten: twee en twintig duizend en tweehonderd.
Numeri 26:15De zonen van Gad, naar hun geslachten: van Zefon het geslacht der Zefonieten; van Haggi het geslacht der Haggieten; van Suni het geslacht der Sunieten.
Numeri 26:16Van Ozni het geslacht der Oznieten; van Heri het geslacht der Herieten;
Numeri 26:17Van Arod het geslacht der Arodieten; van Areli het geslacht der Arelieten.
Numeri 26:18Dat zijn de geslachten der zonen van Gad, naar hun getelden: veertig duizend en vijfhonderd.

Mede mogelijk dankzij

StudieboekenStudieboeken