H408 אַל
tot niet, waar, neen, ook, niemand, geen, ook niet, niets, niet

Bijbelteksten

Spreuken 1:15Mijn zoon! wandel niet met hen op den weg; weer uw voet van hun pad.
Spreuken 3:1Mijn zoon! vergeet mijn wet niet, maar uw hart beware mijn geboden.
Spreuken 3:3Dat de goedertierenheid en de trouw u niet verlaten; bind ze aan uw hals, schrijf zij op de tafel uws harten.
Spreuken 3:5Vertrouw op den HEERE met uw ganse hart, en steun op uw verstand niet.
Spreuken 3:7Zijt niet wijs in uw ogen; vrees den HEERE, en wijk van het kwade.
Spreuken 3:11Mijn zoon! verwerp de tucht des HEEREN niet, en wees niet verdrietig over Zijn kastijding;
Spreuken 3:21Mijn zoon! laat ze niet afwijken van uw ogen; bewaar de bestendige wijsheid en bedachtzaamheid.
Spreuken 3:25Vrees niet voor haastigen schrik, noch voor de verwoesting der goddelozen, als zij komt.
Spreuken 3:27Onthoud het goed van zijn meesters niet, als het in het vermogen uwer hand is te doen.
Spreuken 3:28Zeg niet tot uw naaste: Ga heen, en kom weder, en morgen zal ik geven, dewijl het bij u is.
Spreuken 3:29Smeed geen kwaad tegen uw naaste, aangezien hij met vertrouwen bij u woont.
Spreuken 3:30Twist met een mens niet zonder oorzaak, zo hij u geen kwaad gedaan heeft.
Spreuken 3:31Zijt niet nijdig over een man des gewelds, en verkies geen van zijn wegen.
Spreuken 4:2Dewijl ik ulieden goede leer geve, verlaat mijn wet niet.
Spreuken 4:5Verkrijg wijsheid, verkrijg verstand; vergeet niet, en wijk niet van de redenen mijns monds.
Spreuken 4:6Verlaat ze niet, en zij zal u behoeden; heb ze lief, en zij zal u bewaren.
Spreuken 4:13Grijp de tucht aan, laat niet af; bewaar ze, want zij is uw leven.
Spreuken 4:14Kom niet op het pad der goddelozen, en treed niet op den weg der bozen.
Spreuken 4:15Verwerp dien, ga er niet door; wijk er van, en ga voorbij.
Spreuken 4:21Laat ze niet wijken van uw ogen, behoud ze in het midden uws harten.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs